Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
In het kort
De Hervormde kerk aan de Bedumerweg in Onderdendam is een kerkgebouw uit 1840. De kerk is een rijksmonument. De architect is Willem Kornelis Dusseldorp (1816-1869). De kerk is een driezijdig gesloten zaalkerk met achtkantige dakruiter. De rondboogvensters zijn ingekaderd door lisenen. De ingangsdeur is omlijst. Het mechanische torenuurwerk (nu elektrisch aangedreven) is vervaardigd door W.J. Koek te Midwolda. De kerk bevindt zich op een kerkhof met omheining.
Het gebouw vervangt de vervallen kerken van Menkeweer en Onderwierum. De eerste wordt in 1828 op afbraak verkocht en de tweede is in 1840/41 afgebroken. Wat uit laatstgenoemde kerk meeverhuist naar de nieuwe kerk zijn: het doopvont uit 1651, de avondmaalstafel uit 1806, de grafzerken van twee predikantsvrouwen uit 1642 en 1677 en de sleutel van de deur. In de dakruiter komt de luidklok uit 1617 uit het kerkje van Menkeweer te hangen. Bij de restauratie van 1972 is de klok verwijderd.
Grafsteen van Roelefyn Rotgers huisvrouw van E. Lamb. Woelesio, pastoor van Onderwierum en Dijkshorn, overleden 22 mei 1642. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
Dijkshorn wordt eerder Oosterdijkshorn genoemd en is tegenwoordig een buurtschap binnen de gemeente Groningen. De grafsteen is afkomstig van de begraafplaats te Onderwierum.
ANNO CHRISTI MDCXLII, DEN XXII MAY, IS SEER CHRISTELYCK OVERLEDEN DIE DOECHTSAME ROELEFYN ROTGERS, HUYSFROUWE553 VAN DE E. LAMB. WOELESIO, PASTOOR TOE UNDERWIERUM ENDE DYXHORNE.
Wapens: Rechts: Doorsneden: A. een uitkomend omgewend hert met gewei; B. gedwarsbalkt van vier stukken. Links: Op een gewelfd terras een boom. N.B. Onder gras. OMJ. Onlangs overgebracht naar hervormde kerk Onderdendam. GDW, blz. 552, nr. [3038].
Grafsteen van Gesyna Pyrsema huisvrouw van Antonius Oortman, pastor van Onderwierrum, overleden 14 november 1677. Rechts van de steen hangt de sleutel uit te vorige kerk die is meeverhuisd. Foto: ©Jur Kuipers. De grafsteen is afkomstig van de begraafplaats te Onderwierum.
ANNO 1677, DEN 14 NOVEMB., IS DE E. EN DEUCHTR. GESYNA PYRSEMA, HUISVROUW VAN ANTONIUS OORTMAN, PASTOR IN ONDERWIERUM, CHRISTELYCK IN DEN HEEREN GERUST, AETAT. SUAE 35.
Medaillon: De letters G.P. N.B. Onder gras. OMJ. Onlangs overgebracht naar hervormde kerk Onderdendam. GDW, blz. 553, nr. [3039].
Het kerkorgel van Gerhard Willem Lohman (1802-1856) van de orgelbouwersfirma N.A. Lohman en Zonen te Groningen heeft één manuaal met aangehangen pedaal en acht registers. Het is in 1997 gerestaureerd door orgelmakerij Steendam.
Interieur met de Lohman kerkorgel. Foto: ©Jur Kuipers. 2023.
Afb. links: Doopvont meeverhuisd uit de vorige afgebroken kerk. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
Sinds de kerkenfusie van 2004 behoort de hervormde gemeente van Onderdendam tot de Protestantse Kerk in Nederland.
Sinds de kerkenfusie van 2004 gebruikt de Protestantse Kerk in Nederland de voormalige Hervormde kerk als godshuis. De Gereformeerde kerk is niet meer in gebruik voor reguliere kerkdiensten en is in september 2015 overgedragen aan de Stichting Oude Groninger Kerken.
Geschiedenis overzicht
2 Januari 1828
Stichting van de zelfstandige Hervormde Gemeente Onderdendam, bij Koninklijk besluit op voordracht van schout en gemeenteraad van Bedum en het College van toezicht Groningen. Het besluit ligt op aanvraag ter inzage bij de Kerkvoogdij, net als meerdere oude en nieuwe geschriften uit het archief. Er kan de volgende geschiedenis uit worden afgeleid.
Afb. links: eenvoudige kansel met klankbord met daarvoor de avondmaalstafel afkomstig uit de vorige afgebroken kerk. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
Tot de nieuwe gemeente behoren de kerkelijke gemeente Menkeweer, dan nog Kerkhof en Boerderij aan de weg naar Warffum en de kerkelijke gemeente Onderwierum, dan nog kerkhof en enige huizen aanwezig op een paar honderd meter westelijk aan de Stadsweg van Onderdendam naar Bedum. (in 1790 is de pastorieboerderij met 30 hectare land verkocht voor ƒ 2.000,-- (€ 909,09) en de jaarlijkse vaste huur afgekocht door de toenmalige familie voor ƒ9.500,-- (€ 4.318,18)
De gemeente Menkeweer, van 1594-1651 een predikantsplaats met Stitswerd en van 1692-1828 met Westerwijtwerd, vormt vanaf 1828 samen met de gemeente Onderwierum, de nieuwe Nederlands Hervormde Gemeente Onderdendam.
Onderwierum, een predikantsplaats van 1620-1828 met Westerdijkshorn, wordt ontbonden. De kerk van Onderwierum wordt voorlopig voor Eredienst gebruikt en de pastorie als woning voor de predikant. Door de samenvoeging moet de kerk te Menkeweer worden afgebroken en de opbrengst van de afbraak te goede komen aan de gemeente van Onderdendam. De weg van Onderdendam naar Onderwierum moet met puin of stenen verhard en onderhouden worden, zodat het goed begaanbaar is voor ruituigen en voetgangers.
Op 7 april 1839 komt er een besluit van de Koning voor de nieuw te bouwen kerk. Op 30 december 1839 vindt de aanbesteding plaats namens de Kerkvoogdij door notaris Mr. van Roijen alhier.
Interieur gezien vanaf de orgelgalerij. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
Kerkgebouw in Onderwierum
De bouw wordt opgedragen aan de laagste inschrijver G.J. Bos te Bedum voor ƒ 8.870,-- (€ 4.031,82), de begroting is ƒ 7.000,-- (€ 3.181,82). De Koning geeft een subsidie van ƒ 3.000,-- (€ 1.363,64).
1840
De kerk te Onderdendam wordt gebouwd onder architectuur van W.K. Dusseldorp, zoon van G. Dusseldorp, opziener van de waterstaat te Onderdendam.
Gedenksteen van de bouw van de kerk uit 1840. Foto: ©Jur Kuipers,2023.
Gedenksteen van de bouw van de kerk:
Telst op de steen: 'Gesticht in den Jare 1840 onder het kerkelijk bestuur van H.N. de Sitter, G.P. Woest, H.F. Bulthuis Kerkvoogden Mr. A.I. van Roijen, R. Lantink, ds. P. Damsté, E.E. de Weert, mr. C.W.P. van Naessen, H.E. Coldij, notabelen; architect W.K. Dusseldorp'.
Na eerst een heem te hebben gekocht van J.R. Wolvius aan de rand van het dorp, kan men het huidige heem kopen van erven Kroon voor de som van ƒ 675,-- (€ 306,82) en van eerste af voor ƒ 200,-- (€ 90,91) rouwkoop. Afkoop vaste huren ƒ 100,-- (€ 45,45), voor het graven van de grachten ƒ 85,-- (€ 38,64). Op zondag 13 december 1840 wordt de nieuwe kerk ingewijd en vertrekt die morgen om half acht van buiten de Ebbingepoort te Groningen een veerschuit met genodigden naar Onderdendam.
In 1840 wordt aan G.W. Lohman te Groningen opdacht gegeven voor de bouw van een nieuwe orgel. Kosten ƒ1.462,50 (€ 664,77). In mei 1841 wordt het in gebruik genomen. De kerk te Onderwierum wordt in 1841 afgebroken. Verkoop materialen sloop kerk en toren brengt ƒ 946,-- (€ 430,--) op. De oude klok wordt verkocht voor ƒ 209,-- (€95,).
In het koor van de huidige kerk zijn grafstenen geplaatst afkomstig van het kerkhof te Onderwierum, alle twee uit het begin van 1600 en alle twee van de huisvrouwen van de predikanten (zie foto's).
1863:
Er wordt een nieuwe pastorie gebouwd op de heemstede van de oude behuizing, die voor ƒ 5.180,-- (€ 2354,55). De oude wordt afgebroken.
Onder de kansel bevindt zich een waterpomp uit 1875 die vroeger aan de buitenkant van de kerk bediend kon worden. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
20 juli 1875
Aanbesteding van het maken van een regenbak bij de kerk der Hervormde gemeente te Onderdendam en het dempen der grachten rondom de kerk voor de som van ƒ 1.230,-- (€ 559,09). Vandaar dat zich onder de kansel een waterpomp bevindt die van buitenaf is te bedienen. Dit is op dat moment een drinkwatervoorziening voor het dorp, die men tegen betaling kan gebruiken (zie afbeelding hierboven).
1832
Verplicht wordt om een instructie voor de koster te maken en daarvan aan classicaal bestuur rapport te doen.
22 december 1834
Instructies van de Algemene Synode der Hervormde Kerk d.d. 16 juli 1834 betreffende de zuiverheid van de evangelieprediking, het preken door studenten en het toezicht op alle woelingen van onruststokers en geheime opruiers, of van openbare klagers zonder genoegzame grond. Brief van de Minister belast met de voor de zaken der Hervormde Kerk d.d. 27 november 1834 betreffende het besluit van de Koning tot afwijzing van het verzoek van de Afgescheidenen om godsdienstvrijheid en behoud van kerken en kerkelijke goederen, met de vermaning terug te keren tot gehoorzaamheid aan het door de Koning erkend Hervormd Kerkbestuur
2 augustus 1835
Afschaffing van de middagdienst in verband met de geringe opkomst. Van tijd tot tijd zal 's avonds een dienst worden gehouden in de school te Onderdendam.
14 december 1836
Besluit van de Algemene Synode der Hervormde Kerk d.d. 14 juli 1836 omtrent het bezoeken van degenen die zich van de Hervormde Kerk willen afscheiden en dat hun verzoek om uitschrijving uit het lidmatenboek, of van hun kinderen uit het doopboek, voor kennisgeving moet worden aangenomen. De preses stelt voor om de kosten van armenhuizen van hun gemeente te vergelijken met de kosten van andere armen- of werkhuizen teneinde een inventarisatie te maken van wat echt nodig is voor de ondersteuning.
5 april 1837
Na verkregen informatie betreffende de kosten ter ondersteuning van de armen wordt besloten om het voorbeeld van het werkhuis te Middelstum na te volgen en daartoe het armenhuis te Menkeweer in te richten tot werkhuis. De kosten hiervan zullen door een deskundige worden opgenomen.
8 juli 1837
Verzoek van de Kerkvoogdij bij de Koning om toestemmin tot bouw van een kerk in Onderdendam, hieraan wordt voldaan. De tijdelijke predikant ds. P. Damsté zal een billijke huishuur of schadeloosstelling worden gegeven totdat in Onderdendam ook een pastorie gebouwd is.
Met de uitbesteding van het werkhuis wordt tot de winter gewacht omdat het dan voordeliger is.
Foto links: Inscriptie in het doopvont. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
4 april 1838
De boekhouder van de Diaconie wordt tot directeur van het armen- en werkhuis gekozen, die de post op zich neemt.
2 januari 1842
Besloten wordt om een kennisgeving van Afscheiding door een lidmaat en vijf anderen in het lidmatenboek te deponeren.
12 december 1842
Kennisgeving zonder dagtekening van Afscheiding van 11 personen en drie lidmaten.
20 februari 1857
Onze gemeente telt 116 lidmaten en 531 leden.
1 augustus 1862
Instructie Koster.
27 maart 1863
Opgave vaste goederen Diaconie aan Classis, volgens artikel Synodaal Reglement Diaconieën. De vaste goederen bestaan uit twee armen- of werkhuizen en de eigendom van een kampje land te Onderwierum genoemd het havenkampje, onder beklemming in gebruik bij B.D. Wolfis, jaarlijkse huur: ƒ 1,75 (€ 0,80).
16 april 1871
In verband met de geringe opkomst wordt de middagdienst afgeschaft en de diensten in de winter worden 's avonds gehouden.
5 september 1879
Beide armenhuizen zijn in vervallen staat. Besloten wordt om met toestemming van het classicaal bestuur om achter ene armen- werkhuis aan de Uiterdijk te verkopen en de opbrengst daarvan te besteden voor herstel van het armen- werkhuis achter D. Nienoord. Op 17 februari 1880 vindt de uitbesteding van de verbouwing plaats.
20 januari 1888
Er wordt besloten in plaats van vier maal avondmaal per jaar, deze twee maal te gehouden.
20 juli 1898
De kerkenraad vindt het traktement van onzuiver ƒ 1.154,05 (€ 524,57) of na aftrek van kosten ƒ 1.034,06 (€ 470,03) te laag en vraagt de Kerkvoogden dit uit de kas te verhogen.
4 augustus 1905
Verhoging van het traktement voor de predikant van ƒ 1.300,-- (€ 590,91) per jaar met vrijstelling van de volgende belastingen: A. Grondbelasting, B. Personele Belasting, C. Waterschaps- en molenlasten, D. Weduwenbeurs, E. Gemeentebelasting, F. Bedrijfsbelasting.
Toetreding tot de opgerichte vereniging van Vrijzinnig Hervormden in de provincie Groningen.
11 november 1910
Er wordt besloten om de eerste rij bomen rond de kerk te verwijderen, zulks naar aanleiding voor beter drinkwater in de regenbak en verwijdering van vogels onder het dak van de kerk. Het College van Toezicht verleent vergunning te verkopen en wel voor ƒ 95,-- (€ 43,18).
13 augustus 1921
Wegens de treurige toestand van de afriggeling om de kerk wordt besloten om een ijzeren hek te plaatsen. Het ijzerwerk gaat ƒ 640,-- ( € 290,91) kosten en metselwerk ƒ 710,-- (€ 322,73).
9 mei 1926
Vaststelling van traktement op ƒ 2.500,-- (€ 1.136,36). De gemeente is gerangschikt in de eerste klas.
1 december 1930
Wegens de benoeming van de heer O.T. Nieweg te Godlinze tot hoofd der O.L. School, wordt hij benoemd tot organist der Nederlands Hervormde Kerk tegen genot van vrije woning en een strook grond.
4 februari 1931
Verkoop bouwterrein van een gedeelte van de kosterijtuin van circa 8 are voor de prijs van ƒ 800,-- (€ 363,64). Koper moet de scheiding plaatsen en onderhouden.
7 juli 1941
Wegens schuld aan ds. Kars ad. ƒ 3.406,88 (€ 1.548,58) wordt een lening aangegaan van ƒ 3.400,-- (€ 1.545,45) tegen 3½ %.
22 oktober 1946
In beginsel is besloten om elektriciteit in de kerk aan te leggen. Kosten aanleg en lampen ƒ 525,-- (€ 238,64). Zo spoedig mogelijk aanschaf windvoorziening orgel.
3 december 1947
Verkoop afgraven klei steenfabriek, tegen een vergoeding van ƒ 3.000,-- (€ 1.363,64) per hectare.
27 april 1948
Verkoop kosterijwoning Warffumerweg 35 aan de gemeente Bedum voor de taxatieprijs van ƒ 6.000,-- (€ 2.727,27).
9 september 1948
Kasgeld lening voor herstel kosten pastorie. Bovendien vereist het orgel grondige reparatie en verwisseling gaslicht voor elektrisch.
24 april 1951
In orde brengen slechte toestand verkerende graven begraafplaats Menkeweer.
30 april 1954
Pastoraal verband Onderdendam met Bedum.
12 april 1957
Kerkvoogden worden gemachtigd stappen te ondernemen om bij de kerk in onderhoud zijnde begraafplaatsen te Onderwierum en Menkeweer gesloten te krijgen. Besloten wordt de klok in de toren te herstellen: ƒ 250,-- (€113,64). Toekenning subsidie restauratie orgel is van de baan. De heer Vegter Usquert biedt een windvoorziening orgel aan te brengen voor ongeveer ƒ 750,-- (€ 340,91).
Interieur met orgel gezien naar het zuidoosten. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
26 november 1959
Besloten wordt het kerkhof te Menkeweer over te dragen aan het Waterschap Hunsingo tegen de prijs van ƒ 1,-- (€0,45).
11 april 1960
Geldlening aangaan van ƒ 3.000,-- (€ 1.363,64) van de gemeente Bedum, rente 3% over 10 jaar, voor verbouw schuur pastorie tot jeugdgebouw. Brandhaken oostzijde kerk worden opgeruimd.
8 augustus 1960
Wijziging plaatselijk reglement. Hoofddoel van deze wijziging is de vrouwelijke lidmaten te betrekken in de stemgerechtigheid tot verkiezen van notabelen.
4 maart 1964
Verlichting wijzerplaten. Er wordt besloten om dit uit te voeren.
28 april 1965
Een schrijven van de gespreksgroep om nieuwe banken of stoelen in de kerk te plaatsen.
9 mei 1968
Het opknappen van de kerk gaat minsten ƒ 20.000,-- (€ 9.090,91) kosten en de vraag is of dit nog wel verantwoord is nu er zo weinig mensen de kerkdiensten bezoeken.
28 augustus 1968
Verkoop pastorie aan de heer J. Kornelis voor ƒ 25.000,-- (€ 11.363,64).
Gemeente Bedum is genegen de Lijkweg over te nemen.
11 december 1969
Oude kanselbijbel wordt voor ƒ 500,-- (€ 227,27) teruggekocht. Daterend 1637.
7 januari 1972
Besloten wordt om op 11 januari met de restauratie van de kerk te beginnen.
Er is nu ƒ 17.337,89 (€ 7.880,86) beschikbaar.
9 mei 1972
De kerk wordt weer officieel in gebruik genomen. Er zijn voor en na de ingebruikneming nog vele acties zoals koekverkoop en bazaars georganiseerd om uit de rode cijfers te komen. Van de Nederlands Hervormde Kerk te 's-Gravenhage is een subsidie ontvangen van ƒ 3.000,-- ( € 1.363,64), waarvan ƒ 600,-- (€ 272,73) moet worden terugbetaald. Wat betreft het orgel is een spoedige restauratie nog niet nodig. De heer Weessies uit Bedum heeft enkele kleinigheden gerepareerd.
1974
De weg naar Onderwierum is inmiddels overgenomen door de Reisenbach en niet door de gemeente Bedum. Wel is de gemeente nu genegen om het kerkhof over te nemen voor ƒ 1,-- (€ 0,45). Een schrijven 16 mei 1975 van Provinciaal College van Toezicht Groningen, dat gezien het aantal lidmaten toevoeging met Bedum onvermijdelijk zal zijn. Voor kennisgeving aangenomen. Het jeugdgebouw wordt van binnen gesausd en geverfd.
Foto: ©Jur Kuipers. 2023.
1976
Liturgieborden worden geschonken aan de kerk.
De straten aan de noordzijde en de zuidzijde zijn in slechte toestand, er blijven bij regen, poelen water staan.
1978
Er wordt een orgelfonds ingesteld daar er twee registers niet meer werken. De heer Weessies bekijkt wat nodig is.
Maart 1984
De slechte toestand van toren en dak jeugdgebouw wordt besproken, er zal getracht worden subsidie te verkrijgen, want het is anders niet te betalen.
17 september 1980
Er wordt in de vergadering besloten om centrale verwarming in het Jeugdgebouw te plaatsen. Ook wordt besloten om het dak van de kerk te vernieuwen, kosten begroot op ƒ 11.702,06 (€ 5.319,12). Ook wordt in datzelfde jaar besloten om centrale verwarming in de kerk te plaatsen, begroot op ƒ 16.500,-- (€ 7.500,--).
1986
De grond, waar de oude O.L. School op staat, wordt aan gemeente Bedum overgedragen voor ƒ 30.000,--
(€ 13.636,36). Timmerwerk herstel toren gereed en goten eveneens.
24 september 1992
Er wordt medegedeeld dat de gebroeders Klamer ophouden te boeren en medewerking vragen om de pacht te beëindigen. Er ligt ook melkquotum op het land, waarvan de helft voor de verpachter is. De kerkvoogden worden gemachtigd die zaak af te handelen.
Eigen aansluiting waterleiding jeugdgebouw, die nu nog via de bewoners van de pastorie loopt. Verder wordt besloten om het archief over te dragen aan het rijksarchief te Groningen, maar blijft ons eigendom.
Na veel hoogte- en dieptepunten zijn wij nu toch wel een bloeiende gemeente. 'God laat niet meer los het werk wat Hij eenmaal begon'[1].
Het Lohman-orgel
De bouw in 1840-1841
In 1841 voltooit Gerhard Willem Lohman (1802-1856) uit Groningen namens de firma N.A. Lohman en Zonen te Groningen en Gouda een nieuw orgel in de pas gebouwde kerk.
Het is een I-klaviers orgel met het klavier aan de rechterzijkant (vanuit de kerk gezien) met de onderstaande dispositie:
Praestant, 8 voet vanaf D# in het front
Holpijp, 8 voet, bas / diskant
Viooldigamba, 8 voet, diskant Afsluiter en tremulant
Octaaf, 4 voet, manuaalomvang C-f3
Fluit, 4 voet, aangehangen baspedaal; omvang C-c0
Speelfluit, 2 voet
Octaaf, 2 voet
Dulciaan, 8 voet, bas / diskant; reeds vanaf de bouwtijd gereserveerd
Het contract wordt op 31 augustus 1840 getekend en is in het Rijksarchief van Groningen bewaard gebleven. De keuring is op 1 mei 1841. Het orgel heeft 1.350 gulden ( 613,64 euro) gekost.
Het onderhoud van 1851-1996
De lotgevallen van het orgel zijn vanaf de bouwtijd tot op vandaag min of meer bekend. Het instrument wordt regelmatig gestemd, waarbij af en toe groot onderhoud is gepleegd. Helaas is dit nogal pragmatisch gedaan en niet altijd even zachtzinnig of artistiek. Hieronder volgt een overzicht van de stembeurten, kleine herstellingen in de periode tot aan de restauratie in 1997.
1851/1875
Stembeurten voor ƒ 12,-- (€ 5,45) per jaar. In het uitgavenboek wordt niet vermeld aan wie de betalingen zijn gedaan. Vooralsnog kan worden aangenomen, dat het onderhoud door de firma Lohman is verricht. Wie er na de dood van Nicolaas Anthonie Gerhardus Lohman in 1871 het orgel nog stemt, is niet bekend. Mogelijk is dat Lohmans meesterknecht J. Schaaffelt, die dit doet namens de firma Schaaffelt & Lohman.
1876
Onderhoud voor ƒ 20,-- (€ 9,09).
1877-1887
Stembeurten voor ƒ 12,-- (€ 5,45) per jaar.
1888
Onderhoud voor ƒ 50,-- (€ 22,73). Dit is de grootste post en zal wellicht betrekking hebben op een grote herstel- en schoonmaakbeurt. De kernsteken die in het tenorgebied van de meeste registers zijn aangebracht, duiden op de hand van orgelmaker J. Doornbos. Vanaf 1892—1897 staat diens naam in het rekeningenboek vermeld. Vanaf 1899 tot en met 1924 wordt het onderhoud gegund aan orgelmaker Marten Eertman te Noordwolde.
1889/1900
Onderhoud voor ƒ 12,-- (€ 5,45).
1901-1904
Onderhoud voor ƒ 20,-- (€ 9,09).
1910
Stemmen en klavier herstellen: ƒ 15,-- (€ 6,82).
1911
Stemmen en orgel herstellen: ƒ 15,-- (€ 6,82).
1925-1957
Onderhoud door Eertmans leerling Hendrik Vegter uit Usquert met enige tussenpozen. Vanaf augustus 1944 is met Vegter overlegd over het aanbrengen van een orgelmotor.
September 1948
Bericht van Vegter, dat het orgel er slecht aan toe is.
Interieur naar het zuidoosten. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.
November 1954
Namens de Orgelcommissie van de Nederlandse Hervormde Kerk (NHOC) verricht Lambert Erne expertise. Aan de orgelmakers Vegter en Mense Ruiter te Groningen wordt een prijsopgaaf gevraagd om een windmachine te plaatsen.
Mei 1955
Restauratieofferte van de firma Bakker & Timmenga te Leeuwarden, waarbij verslag wordt gedaan van de toenmalige slechte situatie.
1956
De NHOC bemiddelt met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg om het orgel op de monumentenlijst te zetten. In hetzelfde jaar worden pogingen ondernomen om rijkssubsidie te verkrijgen.
April 1957
Toestemming voor subsidie afgewezen. Vegter biedt aan een orgelmotor te plaatsen voor ƒ 750,-- (€ 340,91).
November 1957
Restauratieofferte M. Ruiter met drie opties van minimaal benodigd werk tot volledige restauratie volgens de normen van de tijd.
April 1958
Begin restauratie (eenvoudigste optie) door M. Ruiter, waarbij voor een zo laag mogelijke kostprijs voornamelijk technisch herstel wordt beoogd. Kosten ƒ 2.917,80 gulden (€ 1.326,27).
Restauratie van de windlade; de sleepbanen voorzien van kunstofringen. De pulpeten vervangen door een koperstrip; de pijpstokken opnieuw afgesteld.
Volledige schoonmaak en één van de twee balgen winddicht gemaakt en aangesloten op een nieuwe windmachine.
Bijlintoneren en stemmen.
1958-1972
Onregelmatig onderhoud. Klein herstelwerk door de heer J. Weessies uit Bedum. Waarschijnlijk is in deze periode het grote triplex schot aan de rechterzijde van de orgelkas aangebracht te afscherming van tocht voor de organist. De boekenkas aan de overzijde van de klaviatuur voor de zijpanelen is al eerder gemaakt.
1972
Kerkrestauratie en modernisering van het interieur. De wanden worden opnieuw gestuct. Het orgel krijgt ook een schilderbeurt, waarbij gelukkig de oude kleurstelling deels bewaard is gebleven.
1972
Reparatie door J. Weessies.
1978-1994
Onregelmatig onderhoud door M. Ruiter.
1978
Rapport Mense Ruiter Orgelmakers. De toestand van de windlade verslechtert, o.a. door het vergaan van de in 1958 aangebrachte schuimstof ringen. De beschadigingen aan het pijpwerk aan de onder- en boveneinden, die in 1958 niet volledig hersteld konden worden, zijn inmiddels toegenomen.
Het orgel voor de restauratie van 1997. Het pijpwerk kort voor de demontage in 1997.
De restauratie van 1997 en de voorbereiding
1991
Voorlopig rapport van Aart van Beek (Zwolle), gecommitteerde namens de Orgelcommissie van de Nederlandse Hervormde Kerk.
1994
Historisch-technisch rapport met restauratieplan en uitgebreide beschrijving door adviseur Stef Tuinstra (Groningen).
1995
Onderzoek naar verzakkingverschijnselen van de galerij en de orgelkas in samenwerking met de heer H. Boerema (Roderwolde), rayonconsulent van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.
Offertes door de firma's Bakker & Timmenga (Leeuwarden), M. Ruiter (Zuidwolde) S. Steendam (Roodeschool). Offerte restauratie beschildering orgelkas door Helmer Hut (Beerta) na vooroverleg met de heer H. Boerema.
1997
Restauratie door de firma S. Steendam en H. Hut, adviseur Stef Tuinstra.
Gedenkbord orgel; 'Dit orgel is gerestaureerd door Orgelmakerij en geschilderd door H. Hut toen D. Hilboezen en P. van der Tuuk kerkvoogden waren'.
12 december 1997
Het is gebleken dat de westzijde van de kerk, inclusief de orgelgalerij vrij kort na de bouw van de kerk al moet zijn verzakt. Een en ander moet echter direct daarop zijn gestabiliseerd. Na 1972 is de verzakking nog anderhalve centimeter verder gegaan als gevolg van de aardgaswinningen, getuige de verschijnselen daarvan aan de orgelkas voor de restauratie. De laatste 10 jaar is de toestand stabiel[2].
De kerk gezien vanuit het noordoosten. Foto: ©Jur Kuipers. 2023.
Voorgangers van de Hervormde Gemeente Onderdendam opgericht op 2 januari 1828
Naam - Intrede - Afscheid - Herkomst - Vervolg
Ds. P. Damste 17-05-1829 — 25-04-1847 Wetsinge – Sauwerd, overleden
Ds. J. Sonius Swaagman 25-03-1849 — 19-06-1858 Stadskanaal, overleden
Ds. A.A. Hingst 03-07-1859 — 29-03-1869 Makkinga Jorwerd
Ds. J.A. van der Scheer 15-08-1869 — 08-05-1898 Kortgene emeritus
Ds. H. Schuttevaer 29-01-1899 — 30-03-1902 Abbekerk Bolsward
Ds. A.H. van der Hoeve 10-08-1902 — 08-03-1903 Vledder Pietersbierum
Ds. H. Huizinga (Harm) 06-09-1903 — 24-09-1905 Oldeholtwolde Den Andel
Ds. J.H. Buisman (Johannes Hugo) 30-09-1906 — 03-09-1911 's-Heerenberg Ilpendam
Ds. J. Speckman (Jacobus) 17-03-1912 — 07-03-1926 Peperga Aduard
Ds. J.C. Kars (Jan Cornelis) 05-09-1926 — 31-07-1941 Termunten emeritus
Ds. L.A. Eijgenraam (Leendert Alexander) 01-07-1955 — 14-10-1962 Bedum Hallum
Dhr. P.M. van Kranenburg 01-01-1963 —
Ds. J. den Hartogh (Jacobus) 03-03-1963 — 07-09-1969 Wommels g.v. Sneek
Dhr. A. Groeneveld 12-09-1971 — 1980 Zuidwolde-Kerkenveld
Ds. H. Smits 26-04-1981 — 31-08-1985 Haamstede emeritus
Ds. W. Altena 14-10-1990 — 15-06-1997 Hoornaar Daarle
Ds. J. Meertens 07-06-1998 — 03-07-2005 Uitwijk Nieuw-Loosdrecht
Ds. D.M. Heikoop 22-01-2006 — 31-10-2010 Ilpendam Watergang Rijswijk (N-B)
Ds. H. van Wingerden 15-05-2011 — 24-01-2016 Vaassen emeritus
Ds. C. Hoek 01-05-2016 — Heerde[3]
Foto genomen vanuit het westen met de dakruiter. Foto: ©Jur Kuipers, 2023.